BMI kan geen onderscheid maken tussen vet en droge massa. Toch is het een prima (eerste) middel om overgewicht en gezondheid in te schatten. Dat is de conclusie uit een onderzoek dat vorige maand werd gepubliceerd.
BMI
We hebben hier de nodige discussie gevoerd over de Body Mass Index (BMI).
Als mensen een beetje serieus met krachttraining aan de slag gaan dan hoort daar blijkbaar bij dat BMI vervolgens belachelijk wordt gemaakt. Daar heb ik me persoonlijk ook schuldig aan gemaakt toen ik bijna 2 decennia geleden twintig kilo in spiermassa aankwam.
“Pfff, BMI stelt niets voor. Volgens mijn BMI zat ik aan de onderkant van een gezond gewicht en zit ik nu bijna op overgewicht. Er is alleen maar spiermassa bijgekomen, maar nu ben ik zogenaamd dik.”
Het is ook een manier van bodybuilders om zich te onderscheiden van normale stervelingen die alleen bezig zijn met vetverlies. Een manier van de ‘pro’ om zich te onderscheiden van de ‘amateur’. Voor een ‘pro’ is het natuurlijk niet genoeg om op een weegschaal te gaan staan. Een ‘pro’ wil natuurlijk het liefst raketwetenschappers om zijn lichaam in kaart te brengen. Zo’n huidplooimeter en een vijf- of liever een zeven-punt meting klinkt natuurlijk ook veel stoerder.
BMI en gezondheid
Maar BMI is niet ontwikkeld voor mensen die dromend alle aminozuren voor je op kunnen noemen. BMI is niet bedoeld voor mensen die hun lichaam(svorm) de allerhoogste prioriteit geven. BMI is bedoeld voor mensen en diens zorgverleners die snel inzicht willen in de gezondheid op basis van schaarse gegevens.
Natuurlijk zijn er betere meetmethoden om mogelijke effecten van het gewicht op de gezondheid te meten. Ja, een vetpercentage zegt meer omdat het onderscheid maakt tussen droge massa en vetmassa. We beschreven daarom ook de verschillende methoden om dit percentage zo goed mogelijk te meten. Precies weten waar het vet zich bevind, biedt nog meer informatie over de gezondheid. Zo weten we dat met name vet in de buikregio schadelijk kan zijn voor de gezondheid.
Zelfs als je wel alleen met gewicht en lengte als gegevens zou willen werken dan is daar mogelijk nog een betere methode voor namelijk de TMI.
En toch is BMI een prima eerste indicatie van het gewicht en mogelijke risico’s voor de gezondheid. Dit werd vorige maand opnieuw bevestigd door de publicatie van onderzoek van de University of Bristol [1]
Betrouwbaarheid Body Mass Index
De onderzoekers gebruikten de body scans van 2.840 jongeren tussen de 10 en 18 jaar uit Bristol. Daarbij werden de conclusies op basis van BMI vergeleken met de conclusie van de meer gedetailleerde vetmetingen.
Zo keken ze naar de effecten van totale hoeveelheid vet en vet in de buikregio op 230 verschillende eigenschappen relevant voor metabolisme en toekomstige gezondheidsrisico’s. Denk aan bijvoorbeeld cholesterol en bloeddruk. Die effecten vergeleken ze met de effecten die ze zagen wanneer BMI als uitgangspunt werd genomen.
Een hoger BMI, meer totaal vet en vet rond de buik bleken allen vergelijkbare effecten te hebben. Daarmee blijken deze dus een grote overlap te hebben als meetmiddel volgens de onderzoekers.
Droge massa beschermt niet
De bekende verbanden werden gevonden tussen een hogere hoeveelheid totaal vet en schadelijke hoge niveau’s van de bloeddruk, hoog cholesterol en ontstekingswaarden op de 18e. Droge massa (hier alles behalve vet en botten) bleek daar niet tegen te beschermen. Slecht nieuws voor de powerlifters en strongmen dus.
BMI is often criticized. Our study asked how useful it really is for detecting the health effects of obesity by pitching it against more objective body scan measures. We found that trunk fat is the most damaging to health, but that simple BMI gives very similar answers to more detailed measures. This is good news since BMI is widely measured and costs virtually nothing.
Dr Joshua Bell, University of Bristol
Daarmee is niet gezegd dat meer droge massa geen voordelen biedt. Denk met name aan spierbehoud op latere leeftijd. Maar het impliceert wel dat je de gezondheidseffecten van een hoge vetmassa niet compenseert door meer spiermassa te ontwikkelen.
Referenties
- Joshua A. Bell, David Carslake, Linda M. O’Keeffe, Monika Frysz, Laura D. Howe, Mark Hamer, Kaitlin H. Wade, Nicholas J. Timpson, George Davey Smith. Associations of Body Mass and Fat Indexes With Cardiometabolic Traits. Journal of the American College of Cardiology, 2018; 72 (24): 3142
- https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0735109718388302?via%3Dihub