Het voedingscentrum stelt dat ons lichaam geen onderscheid maakt tussen natuurlijke stoffen en synthetische stoffen. Daarom zou je producten met E-nummers veilig moeten kunnen eten. Hierover verschillen de meningen echter. Wat zijn E-nummers en welk effect hebben ze op de gezondheid?
Inhoudsopgave
De aanleiding op 3FM
Onlangs is er nogal wat discussie geweest op de Nederlandse radio over Superfoods vs E-nummers. Deze discussie was bijvoorbeeld te horen op 3fm, maar ook andere radiostations hebben het erover gehad. De discussie begon omdat het voedingscentrum een bericht over superfood naar buiten heeft gebracht. Zo was er in het NRC het volgende artikel te lezen: ”Voedingscentrum waarschuwt: geloof niet in ’superfoods’
De discussie over superfoods wil ik hier echter niet ter sprake brengen. Ik denk dat bepaalde superfoods een goede aanvulling kunnen zijn voor mensen die niet altijd een gezonde en gevarieerd dieet kunnen realiseren. Uiteraard zijn er mensen die door kunnen slaan in een bepaalde hype. Maar zolang sommige superfoods zoals gojibessen, chiazaad, hennepzaad e.d. als aanvulling worden gebruikt in plaats van dat ze groente en fruit gaan vervangen, zie ik zelf weinig problemen. Ik denk zelf dat deze superfoods zoals gojibessen, eerder slechte tussendoortjes kunnen voorkomen dan dat er meer volledige maaltijden worden overgeslagen.
De discussie op 3fm ging uiteindelijk verder over E-nummers. Het leek er namelijk sterk op dat het voedingscentrum het opnam voor E-nummers.
Het voedingscentrum is volgens de eigen site; ”de autoriteit die consumenten wetenschappelijk onderbouwde en onafhankelijke informatie biedt over een gezonde, veilige en meer duurzame voedselkeuze.” (Bron: voedingscentrum.nl)
De E-nummers
E-nummers (hulpstoffen, additieven) zijn stoffen die voedingsmiddelen moeten “verbeteren”. Voorbeelden hiervan zijn kleurstoffen, smaakversterkers en conserveermiddelen. De EU heeft richtlijnen opgesteld voor hulpstoffen die geen gevaar vormen voor onze gezondheid. Deze hulpstoffen krijgen dan een zogenaamd E-nummer.
Voor deze stoffen wordt een aanvaardbare dagelijkse inname (ADI) vastgesteld. De ADI is de hoeveelheid van een stof die je levenslang elke dag binnen mag krijgen zonder dat dit slecht is voor de gezondheid, althans voor zover bekend volgens de huidige inzichten.
In de EU krijgt een nieuwe toevoeging pas een E-nummer nadat deze is goedgekeurd door de Europese Voedselveiligheids Autoriteit (EFSA). Het goedkeuren van de stoffen wordt gedaan op basis van testresultaten bij dieren waarbij zowel naar de korte als de lange termijn wordt gekeken. De ADI wordt over het algemeen aangegeven in milligram per kilo lichaamsgewicht. Deze waarden kunnen dus verschillend zijn voor verschillende mensen gezien ze betrekking hebben op het persoonlijke gewicht.
“Natuuridentieke stoffen”
Natuuridentieke stoffen zijn synthetische stoffen die eenzelfde chemische structuur hebben als de natuurlijke stoffen. Synthetische stoffen zijn stoffen die in het laboratorium zijn gemaakt.
Het is vaak goedkoper om een bepaalde stof in het laboratorium te maken dan uit planten te halen. Natuuridentieke stoffen zijn dus producten die in een laboratorium worden gemaakt, maar qua chemische structuur ook in de natuur voorkomen. Deze synthetische stoffen worden dan als E-nummers aan voedingsmiddelen toegevoegd. Als je bijvoorbeeld leest op een etiket dat een product geen kunstmatige geur en smaakstoffen bevat dan kunnen nog altijd wel deze natuuridentieke stoffen zijn gebruikt. Iets wat naar mijn mening nogal verwarrend is.
Het voedingscentrum stelt dat ons lichaam geen onderscheid maakt tussen natuurlijke stoffen en synthetische stoffen. Daarom zou je producten met E-nummers veilig moeten kunnen eten.
Ons lichaam maakt geen onderscheid tussen natuurlijke of synthetische stoffen. Ze zijn dus beiden even gezond en veilig.
Voedingscentrum.nl
Ten eerste klopt deze stelling simpelweg niet omdat geen onderscheid wordt gemaakt tussen natuuridentieke stoffen en andere synthetische stoffen die een nieuwe chemische structuur hebben en niet in de natuur voorkomen. Dus voor de duidelijkheid: Niet alle synthetische stoffen zijn natuuridentiek!
Ook als je er van uit gaat dat ze het specifiek over natuuridentieke stoffen hadden dan valt hier nog wel wat op aan te merken.
Onderzoek naar schadelijke effecten E-nummers
Een onderzoek dat is uitgevoerd in Engeland stelt dat bepaalde toevoegingen kunnen zorgen voor hyperactiviteit in het gedrag van kinderen variërend in de leeftijd van 3 jaar oud en 8-9 jaar oud [McCann]. Waarschijnlijk ook op andere leeftijden, maar in de testgroep zijn alleen kinderen in een leeftijd van 3 jaar en in de leeftijd 8 en 9 jaar getest. Niet alle kinderen reageerden met hyperactief gedrag op bepaalde additieven, maar gemiddeld gezien was hyperactiviteit wel toegenomen.
Een bekend voorbeeld van een niet-natuuridentiek E-nummer hiervan is E-102, tartrazine, een felgele kleurstof. Tartrazine is gekoppeld aan een verhoogde kans op hyperactiviteit en is hier is veel aandacht aan gericht zoals het hierboven genoemde onderzoek. Een onderzoek uit 1994 [Rowe] dwong de FDA echter verder te kijken waarop zij met de volgende reactie kwamen (FDA):
The behavioral effects elicited by the tartrazine challenges, however, involved irritability, fidgetiness and sleep problems which are not typically representative of hyperactivity related behaviors. Several other investigators also reported behavioral responses to color challenge that were not particularly characteristic of ADHD. (FDA Food Advisory Committee 2011b)
The behavioral effects elicited by the tartrazine challenges, however, involved irritability, fidgetiness and sleep problems which are not typically representative of hyperactivity related behaviors. Several other investigators also reported behavioral responses to color challenge that were not particularly characteristic of ADHD.
FDA Food Advisory Committee 2011b
Andere onderzoekers die kinderen verbanden lieten leggen, merkten bijvoorbeeld op dat dit slechter ging wanneer ze van tevoren kleurstoffen kregen toegediend [Swanson].
Er lopen meer onderzoeken die proberen vast te stellen of additieven schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid. Wel moet hier over het algemeen nog meer onderzoek naar worden gedaan om met harde resultaten te komen.
Verschillende soorten E-nummers
Er bestaan enorm veel additieven. Een lijst met deze E-nummers is dan ook ontzettend groot:
- Vanaf E100 worden kleurstoffen weergegeven,
- vanaf E200 de conserveermiddelen,
- vanaf E300 de antioxidanten en voedingszuren,
- vanaf E400 de emulgatoren, stabilisatoren, geleermiddelen en verdikkingsmiddelen,
- vanaf E500 de zuurteregelaars, de antikontermiddelen, de rijsmiddelen en de smeltzouten,
- vanaf E620-640 de smaakversterkers en van E900-930 de antischuimmiddelen, de glansmiddelen en de meelverbeteraars.
Daarboven zijn er nog de verpakkingsgassen, zoetstoffen en overige hulpstoffen.
Voor geur- en smaakstoffen bestaat overigens niet eens een EU regeling. Daarnaast zijn een aantal kleurstoffen die in de EU zijn toegestaan weer verboden in de VS. Soms worden E-nummers op het etiket voluit geschreven. Veel fabrikanten kiezen er echter voor alleen het E nummer weer te geven, omdat de additieven vaak lange en moeilijke namen hebben.
“E” staat niet voor eenvoudig
Ik heb me de laatste tijd verder verdiept in de E-nummers en ik wil dit ook verder blijven doen. Ook merk ik dat het een heel uitgebreid en lastig systeem is. Daarnaast is het maar weer de vraag hoe accuraat de voedingsetiketten op een product zijn. Vaak zie je wel wat er in zit, maar niet de hoeveelheid van een bepaalde stof.
Het voedingscentrum verklaart dat E-nummers veilig zijn omdat er uitgebreid getest is op schadelijke effecten. Toch wordt er vanuit de natuurvoeding aangeraden om zo veel mogelijk natuurlijke en onbewerkte producten te eten. E-nummers horen daar dus niet bij.
Hopelijk worden er snel meer onderzoeken uitgevoerd die meer inzicht tonen in eventuele schadelijkheid van E-nummers.
Referenties
- voedingscentrum.nl
- Food additives and hyperactivity in children. C.S. Williamson, British Nutrition Foundation, Londen,UK
- http://www.nrc.nl/nieuws/2014/03/06/voedingscentrum-trap-niet-in-superfoods/
- McCann D, Barrett A, Cooper A, Crumpler D, Dalen L, Grimshaw K, et al. Food additives and hyperactive behaviour in 3-year-old and 8/9-year-old children in the community: a randomised, double-blinded, placebo-controlled trial. Lancet. 2007;370:1560–1567.
- Swanson JM, Kinsbourne M. Food dyes impair performance of hyperactive children on a laboratory learning test. Science. 1980;207(4438):1485–1487.
- Rowe KS, Rowe KJ. Synthetic food coloring and behavior: a dose response effect in a double-blind, placebo-controlled, repeated-measures study. J Pediatr. 1994;125(5 pt 1):691–698.
- FDA FAC (Food and Drug Administration Food Advisory Committee) Overview and Evaluation of Proposed Association between Artificial Food Colors and Attention Deficit Hyperactivity Disorders (ADHD) and Problem Behaviors in Children. Interim Toxicology Review Memorandum, September 1, 2010, Attachment 4. 2011b. Available: