Hersenstimulatie om af te vallen. Het schijnt te werken. Door het beloningssysteem van de hersenen te stimuleren zouden hunkeringen naar voeding verlaagd kunnen worden.
Het beloningssysteem en overgewicht
Sommigen moeten continu vechten tegen ongezonde ‘behoeftes’ die de hersenen produceren. Steeds maar die verleiding moeten weerstaan. Zou het niet makkelijker zijn als die moorkop gewoon niet meer zo verleidelijk was? Ik heb het dan niet over het verpesten van een heerlijke moorkop, maar over het veranderen van de hersenen zelf.
In sommige gevallen kan overgewicht veroorzaakt worden door wat je een voedselverslaving kan noemen. Iedereen heeft natuurlijk behoefte aan voeding, maar in veel gevallen is de hunkering naar voeding groter dan de daadwerkelijke fysieke behoefte. Er zijn gevallen van obese mensen bekend waarin de beloningssystemen in de hersenen anders werken dan in mensen met een normaal gewicht. Eten leidt in die gevallen tot een grotere beloningsreactie in de hersenen waardoor het verlangen naar voeding toeneemt.
Vergelijkbare afwijkingen in het beloningssysteem worden ook gezien in mensen met andere verslavingen zoals alcoholisme, drugs- en gokverslavingen.
Hersenstimulatie en endorfinen
Deep Transcranial Magnetic Stimulation (dTMS) is een behandelmethode die met behulp van magnetische energie neuronen in specifieke delen van de hersenen stimuleert. Het wordt al gebruikt in de behandeling van depressies en verslavend gedrag. Eerdere onderzoeken zouden al hebben aangetoond dat het succesvol kan zijn in de behandeling van hunkeringen naar drugs en voeding. Italiaanse onderzoekers wilden meer te weten komen over de werking van deze methode op de eetlust en verzadiging van obese mensen.
Ze keken naar het effect van hersenstimlatie met dTMS van 30 minuten in 40 obese patiënten. Hierbij vergeleken ze de effecten van twee verschillende frequenties (18Hz en 1Hz). Hierbij keken ze naar bepaalde eigenschappen in het bloed die een indicatie zijn van een beloningsreactie op voeding.
De hoge frequentie dTMS zorgde onder andere voor een significante verhoging van bèta-endorfinen. Dit zijn neurotransmitters die in verband zijn gebracht met een beloningsreactie op voeding. Endorfinen zijn lichaamseigen opiaten die niet alleen pijnstillend werken, maar ook zorgen voor een gevoel van geluk. Als zodanig zijn ze onderdeel van het beloningssysteem en sturen ze veel gedrag aan.
Hersenstimulatie: Hoger bloedsuiker maar minder leptine
Opvallend genoeg zorgde de hoge frequentie stimulatie juist voor een verlaging van leptine, wat ook wel bekend staat als het ‘verzadigingshormoon’. Het wordt voornamelijk afgegeven door vetcellen en bereikt via het bloed de hersenen. Daar activeert het het verzadigingscentrum waardoor het hongergevoel afneemt.
Hiernaast zagen ze bij de hoge frequentie een significante verhoging van het bloedsuiker. Er is natuurlijk een verband tussen je bloedsuiker en hongergevoel. Je lichaam heeft veel manieren om je bloedsuiker te reguleren, maar een zeer belangrijke is natuurlijk door te sturen op de inname van voeding. Een hoger bloedsuiker zal dan ook leiden tot een verlaagd hongergevoel. Er zijn natuurlijk echter omstandigheden waarin een stijging van het bloedsuiker als ongewenste bijwerking van een dergelijke behandeling gezien kan worden.
Tot slot werd een afname gezien van het hormoon TSH. TSH (thyreoïdstimulerend hormoon) wordt afgegeven door de hypofyse. Het zorgt ervoor dat de schildklier thyroxine produceert, ook wel bekend als T4. Eén van de effecten van T4 is een verhoogde vetverbranding. Om die reden wordt het soms door bodybuilders gebruikt in voorbereiding op een wedstrijd (hoewel T3 daarvoor populairder is).
Obese hersenen
Als volgende stap willen de onderzoekers rechtstreeks naar de effecten in de hersenen kijken. Zo willen ze zien hoe de hersenstimulatie op hoge frequentie de structuur en functie van de hersenen van obese mensen verandert. Naast de effecten op de korte termijn, zoals in de huidige studie, willen ze dan ook meer inzicht in de effecten op de lange termijn. Ook willen ze de methode kunnen testen in een grotere groep obese mensen.
Hopelijk kijken ze dan ook naar de daadwerkelijke effecten op voedingsgewoonten en het uiteindelijke gewicht.
Bronnen
- eurekalert.org/pub_releases/2018-05/esoe-bsm051718.php